DJI Neo review: deze mini-drone kan meer dan je denkt

De DJI Neo heeft alles wat je van een drone verwacht, en weegt minder dan een iPhone. Is dit dé instapdrone? Lees het in onze DJI Neo review!

Drones waren ooit alleen weggelegd voor een klein groepje enthousiastelingen, maar sinds dronefabrikant DJI steeds betaalbaardere en kleinere modellen uitbrengt, is de populariteit van dronevliegen flink toegenomen. Met de nieuwe DJI Neo wordt de hobby nóg toegankelijker. Deze piepkleine drone kost nog geen 200 euro, is helemaal te besturen zonder controller, en mag door zijn lage gewicht van 135 gram door bijna iedereen de lucht in gejaagd worden. Maar kan zoiets kleins wel iets zijn?

De DJI Neo oogt en voelt als een grotere drone die door een verkleinstraal is geraakt. Alles zit op z’n plek, maar is gewoon kleiner: hij is slechts 13 centimeter lang en 16 centimeter breed. Aan de voorzijde vind je een kleine camera in een nog kleinere gimbal, aan de onderzijde zitten sensoren om de afstand tot de grond en de positie van de drone te bepalen, en de compacte propellers worden beschermd door lichtgewicht bumpers die potentiële ongelukjes een stuk minder pijnlijk moeten maken.

Vooral de techniek aan de binnenkant is indrukwekkend: net als grotere drones heeft de Neo zowel GPS, Galileo als BeiDou aan boord voor positiebepaling, waardoor hij op elke plek in de lucht kan blijven hangen en gemakkelijk zijn opstijgplek kan terugvinden. Ook zit er een slimme chip in die het herkennen van objecten en personen mogelijk maakt, en 22 GB interne opslag voor al je video’s en foto’s. Het formaat mag dan wel ‘speelgoeddrone’ schreeuwen; de techniek doet dit zeker niet.

Op de bovenzijde van de Neo vind je een knopje met een set icoontjes. Hiermee bedien je de Neo’s grootste party trick: de mogelijkheid om te vliegen en filmen zonder controller. Druk meermaals op het knopje om een filmmodus te selecteren, houd de Neo voor je uit, en houd het knopje even ingedrukt terwijl de camera op je gericht is. De Neo begint af te tellen en stijgt daarna op uit je hand.

Afhankelijk van de modus die je hebt gekozen (en de instellingen die je kunt aanpassen via je iPhone) volgt de Neo je, draait hij een rondje om je heen, vliegt hij een stukje naar boven voor een selfie van hoog niveau of voert hij één van de andere filmmodi automatisch uit. Daarna kun je hem gewoon weer laten landen op je hand door je hand er even onder te houden. Een kind kan de was doen – en mag de was doen, want een kleine drone als de Neo heeft geen onderste leeftijdsgrens.

De filmpjes van de DJI Neo kun je gemakkelijk draadloos uitlezen met de DJI Fly-app op je iPhone, of door de Neo met een usb-c-kabeltje aan je iPhone, iPad of Mac te hangen. Die filmpjes zijn overigens van prima kwaliteit: 4K met 30 beelden per seconde, of optioneel 1080p met 60 beelden per seconde.

Verwacht geen briljant dynamisch bereik of goede prestaties bij weinig licht – de beeldchip is net zo mini als de drone – maar met gewoon daglicht wordt alles goed belicht en keurig gestabiliseerd. Wel jammer is dat de Neo iets te veel ‘sharpening’ toevoegt aan de filmbeelden, waardoor ze er soms een beetje artificieel uitzien.

Wil je meer controle over je Neo, en over de filmpjes die je ermee schiet? Dan kun je hem ook besturen met een afstandsbediening met 6 kilometer(!) radiobereik. Die is los verkrijgbaar voor € 119, maar je kunt de remote ook met de Neo en twee extra accu’s kopen in de DJI Neo Fly More Combo van € 349. Klik je iPhone met daarop de DJI Fly-app in de afstandsbediening, en je kunt je Neo 18 minuten lang precies laten doen wat je wilt, mét live videobeelden vanaf de drone. Je krijgt daarbij constant je plek op de kaart, vliegsnelheid en hoogte in beeld.

Fijn hierbij is de optie om te filmen zónder extra sharpening, wat voor veel rustigere beelden zorgt. En de mogelijkheid om personen, voertuigen of objecten automatisch te volgen door ze simpelweg te omcirkelen op je scherm is erg indrukwekkend. Wel moet je letten op je vlieghoogte: in hogere sferen kan de Neo een beetje gaan ‘driften’ door de wind, maar dat is met zijn formaat eigenlijk onvermijdbaar. Wil je echt de hoogte in, dan is een iets grotere drone zoals de DJI Mini beter geschikt.

Wil je nóg een stapje verder? De Neo werkt ook met de DJI Goggles 3, in combinatie met de RC Motion 3 of FPV Remote Controller 3. Daarmee tover je de Neo om tot een first person view (fpv)-drone, waarmee je de videobeelden live via een compacte headset bekijkt. We adviseren daarbij wel een zakje voor de heftigere manoeuvres.