De bewerkingsfuncties van de vernieuwde Foto’s-software zijn een stuk uitgebreider dan die van voorganger iPhoto. Gebruik je iCloud-fotobibliotheek, dan worden je bewerkingen ook nog eens automatisch gesynchroniseerd met de foto’s op je iPhone of iPad. In deze workshop laten we de belangrijkste bewerkingsfuncties van Foto’s op Mac zien.
Wil je meer weten over het programma Foto’s, lees dan de uitgebreide feature in iCreate 68.
1. Uitkiezen
Zoek een foto die je graag zou willen verbeteren, bijvoorbeeld een veel te donkere of een waar de horizon niet recht is. Dubbelklik erop en klik rechtsboven op ‘Bewerk’. Het venster wordt zwart en je kunt aan de slag met bewerken.
De iPhone 15 Pro: nu tot €500 terug bij inruil van je oude telefoon
• En zonder aansluitkosten t.w.v. €25
• Extra voordeel als je KPN thuis hebt
2. Verbeter
Geen tijd om uitgebreide bewerkingen te doen? Via de eerste optie ‘Verbeter’ laat je een foto automatisch door Foto’s analyseren en verbeteren. Vaak leidt dat al tot een aardig resultaat, maar het wordt nog beter als je alles zelf doet.
3. Foto bijsnijden
Voordat we beginnen met het aanpassen van de kleuren en scherpte van onze foto, kijken we eerst of we de goede uitsnede hebben en of de horizon recht is. Klik hiervoor op de optie ‘Snij bij’.
4. Passen en meten
Versleep de vetgedrukte hoeken van je foto om de foto uit te snijden en draai aan de regelaar rechts van de foto om de horizon recht te maken. Dit kan Foto’s overigens ook automatisch – klik op ‘Automatisch’ en laat je verbazen.
5. Retoucheren
Staat er een storend element in beeld? Met de functie ‘Retoucheer’ (de pleister) heb je dat zo weggepoetst. Teken er gewoon overheen en het element verdwijnt. Voor precisiewerk kun je het beste inzoomen met de knop linksboven of een knijpbeweging op je trackpad.
6. Filters toepassen
Het toepassen van filters op foto’s is dankzij apps als Instagram helemaal hip geworden. Kies ‘Filters’ in de zijbalk en klik op een filter om dat toe te passen. Voor elke smaak en foto is hier wel een geschikt filter te vinden.
7. Aanpassingen
De meest uitgebreide bewerkingsmogelijkheden zitten verstopt onder het kopje ‘Pas aan’. Klik erop en je krijgt aanpassingen voor licht, kleur en zwart-wit te zien. De schuifbalken geven daarbij zelf al aan hoe een foto eruit zal zien als je die versleept.
8. Bewerkingen toevoegen
Om nog meer aanpassingsopties toe te voegen, klik je op het blauwe tekstje ‘Voeg toe’. Daar kun je uit verschillende opties kiezen en zo bijvoorbeeld het histogram bewerken via ‘Niveaus’ of een vignet toevoegen met ‘Vignettering’.
9. Geavanceerd
Houd de muisaanwijzer boven een aanpassing en er verschijnt een knop ‘Auto’ waarmee alleen die aanpassing automatisch door Foto’s wordt ingesteld. De meeste aanpassingen hebben geavanceerdere opties die je via het pijltje tevoorschijn haalt.
Praat mee!