9 FAQ’s over Pages

Ten opzichte van andere tekstverwerkers, is Pages eenvoudig in het gebruik en werkt het creativiteit in de hand. Maar wat nou als je juist de wat geavanceerdere functies nodig hebt? Of misschien heb je jarenlang ervaring met Microsoft Word en zoek je nu naar vergelijkbare functies in Pages. Daarom beantwoorden we hier de meestgestelde vragen (ofwel: frequently asked questions – FAQ) over Pages.

1. Hoe voeg ik een pagina-nummer in?

Niemand weerhoudt je ervan om op elke pagina onderin een voettekst met het pagina-nummer toe te voegen. Maar stel je schrijft een document van honderd pagina’s en bedenkt op het laatste moment om nog een voorwoord of een extra pagina in te voegen. Dan verschuift alles en ben je een uur bezig om alles weer goed te krijgen. Gelukkig biedt Pages een slimmere manier.

Haal onderin de voetregel tevoorschijn door met de muiscursor daarboven te zweven en erop te klikken. Kies daarna in de knoppenbalk ‘Voeg in>Paginanummer’. Het nummer verschijnt dan onder aan elke pagina. Wil je de weergave van de nummering aanpassen, dan kan dit via de knop ‘Document’ rechtsboven, in het paneel Sectie.

2. Help! Ik moet een pdf/doc/txt hebben!

kooptip

De iPhone 15 nu tot €7,50 korting per maand

• Maximaal voordeel als je thuis Ziggo hebt

Bekijk actie

Als we een nadeel van Pages zouden moeten noemen, is dat de manier waarop het programma omgaat met andere bestandsformaten. Pages opent zo’n beetje alle bestanden waar tekst in staat, maar converteert ze stug naar het eigen Pages-formaat, dat Windows- gebruikers bijvoorbeeld niet kunnen lezen.

Gelukkig kun je elk document naar andere formaten converteren. Ga in de menubalk naar ‘Archief>Exporteer naar’ en kies het gewenste formaat. Je hebt de keuze uit Word (.doc en .docx), pdf, platte tekst (.txt), e-book (.epub) en Pages ’09 (voor mensen die de oude versie van Pages gebruiken).

3. In een document staat een foto of film. Die wil ik hebben!

Stel je krijgt een document van iemand waarin een foto of filmpje staat dat je graag voor eigen doeleinden wilt gebruiken. Copyright-bezwaren daargelaten, is het geen probleem om die media uit het document te halen. Je selecteert het element in het document en opent in de Opmaakbalk het tabblad Afbeelding. Sleep het bestand onder ‘Bestandsinfo’ naar een map in Finder en je hebt hem.

4. Hoe pas ik de regelafstand aan en laat ik regels inspringen?

Een van de meestgestelde tekstverwerkingsvragen gaat over het aanpassen van de regelafstand en het inspringen van regels. De opties voor regelafstand vind je in de Opmaakbalk, in het paneel Stijl. Vouw daar het kopje ‘Afstand’ uit en kies een gewenste regelafstand. Wil je voor en na alinea’s een andere afstand, pas je dat onder hetzelfde kopje aan.

Voor inspringingen ga je naar het paneel Lay-out, waar je ‘Inspringingen’ uitvouwt. Daar pas je het inspringen van de ‘Eerste’ regel van een alinea aan, en van de overige regels. Bij laatstgenoemde heb je de keuze tussen inspringen ‘Links’ of ‘Rechts’.

5. Waar is de functie ‘opmaak kopiëren’ van Word?

Deze functie is ook wel bekend als ‘de knop met de kwast’. In Microsoft Word werkt de functie als volgt: je plaatst de cursor op een stukje tekst waarvan je de opmaak op een ander deel van je tekst wilt toepassen. Klik vervolgens op de kwast-knop en selecteer de andere tekst. Deze krijgt dan hetzelfde uiterlijk als de brontekst.

Pages heeft ongeveer dezelfde functie, maar die werkt iets anders. Met de toetscombinatie Cmd+Alt+C kopieer je de opmaak van de tekst waar de cursor staat, met Cmd+Alt+V plak je die op een ander tekstfragment. Om heel eerlijk te zijn, vinden wij dat nog gemakkelijker dan de Word-variant.

6. Hoe houd ik wijzigingen bij?

Wil je iemands tekst aanpassen en laten zien wat je gedaan hebt, dan is het verstandig de functie om wijzigingen bij te houden te activeren. Hiervoor kies je in de menubalk ‘Wijzig>Houd wijzigingen bij’. Vervolgens wordt alles wat je in het document verandert, bijgehouden als wijziging. Haal je bijvoorbeeld tekst weg, dan wordt de oorspronkelijke tekst niet verwijderd, maar doorgehaald – alsof je op school een tentamen terugkreeg.

Krijg jij een document met wijzigingen, dan kun je deze via de balk boven je document accepteren of verwijderen. Wil je in één klap alle wijzigingen accepteren, klik dan op het tandwieltje in de balk en kies ‘Accepteer alle wijzigingen’. In hetzelfde menu heb je ook opties om het definitieve document vooraf te bekijken.

7. Hoeveel woorden heb ik getypt?

Kies linksboven ‘Weergave>Toon aantal woorden’. Linksonder in het Pages-venster verschijnt dan een teller die aangeeft hoeveel worden je in totaal hebt geschreven of hoeveel je er hebt geselecteerd. Ga met de cursor naar de teller en er verschijnen twee pijltjes. Klik daarop om in plaats van het aantal woorden het aantal tekens (ex- of inclusief spaties), alinea’s of pagina’s te bekijken.

8. Ik ben bezig met mijn scriptie. Hoe voeg ik bronvermeldingen toe?

Bronvermeldingen – de Nemesis van elke student. En toch zijn ze noodzakelijk om academisch aan het werk te gaan en uiteindelijk een goed cijfer te behalen. Nu kun je zowel voet- als eindnoten handmatig opmaken in Pages, maar handiger werken de ingebouwde functies hiervoor.

Plaats de cursor waar je een bronvermelding wilt toevoegen en kies dan in de menubalk ‘Voeg in>Voetnoot’. Een nummertje verschijnt in de tekst en je voegt onder aan de pagina je bronvermelding als voetnoot toe. Wil je de noot niet onder aan de pagina, maar aan het eind van de sectie of het document, dan moet je de voetnoot veranderen in een eindnoot. Selecteer hiervoor de voetnoot en ga in de Opmaakbalk naar het paneel Voetnoten. Kies achter ‘Type’ voor ‘Sectie-eindnoten’ of ‘Documenteindnoten’.

9. Hoe belangrijk is formattering eigenlijk?

Ook al biedt Pages veel mogelijkheden om tekst op te maken met verschillende lettertypen: wees in lange teksten zuinig met formattering. Te veel letterstijlen, -groottes en -uitlijningen maken je tekst slecht leesbaar. Hetzelfde geldt voor lettertypes: minder is vaak meer. Zoek een lettertype dat je mooi vindt, maar mijdt extreme lettertypes zoals Comic Sans of fonts die op handschriften lijken. Deze lettertypes zijn vooral nuttig als je mooie posters of titelpagina’s wilt maken. Voor langere teksten is het prettig om schreefletters te gebruiken: letters met dwarsstrepen aan de uiteinden. Deze zijn beter leesbaar en minder vermoeiend voor je ogen. Schreefloze lettertypes ogen moderner en zijn voor korte stukken zinvol.

In het algemeen geldt: wees consequent en bouw je document gestructureerd op. Zo krijg je serieuze en goed leesbare teksten.

Meer weten over Pages? Alles over tekstverwerken à la Apple lees je in iCreate 84.